(n.a.v. Ex. 19 “Een koninkrijk van priester, een heilig volk”).
Israël wordt
door God geadopteerd als zijn kind, zijn kostbaar bezit. Anders dan alle andere
volken zal Israël een bijzondere band met God hebben. Zij zijn als Gods
vertegenwoordiger in de wereld. In de Studiebijbel
wordt hierbij opgemerkt dat Israël 1) een koninkrijk is waarvan de HEERE de
koning is. Vervolgens ook 2) een volk van ‘priesters’ die de HEER dienen – zij zullen
de priester van andere volken zijn om hen bekend te maken met de HEER. Tegelijk
zullen zij ook God de eer bewijzen die Hem toekomst. Maar ook zal Israël 3) een
‘heilige natie’ zijn, geroepen en afgezonderd om de HEERE te dienen.
In 1 Petrus 2 roept Petrus de nieuwtestamentische gemeente op om ook
een koninkrijk van priesters te zijn. Lange tijd hebben we als kerken van de
Reformatie ingezoomd op het Bijbelboek Romeinen en de brieven van Petrus min of
meer terzijde gelegd. Volgens S. Paas zou “dit
‘exegetische stiefkind’ van de nieuwtestamentische literatuur voor de kerk van
nu wel eens van even grote betekenis kunnen worden als de brief van de Romeinen
dat was voor de kerken van de Reformatie.” (In: ‘Vreemdelingen en
Priesters, 2015, p. 178).
Paas zegt hier over de kerk dat zij ´door God geheiligd wordt om hem te vertegenwoordigen bij de mensen.
Kortom, als een heilig koninkrijk van priesters vertegenwoordigt de kerk God
bij de mensen en de mensen bij God.” Hij werkt dit verder uit en merkt op dat de
vertegenwoordiging van mensen bij God betekent dat zij Hem de eer bewijst die
de wereld Hem niet geeft. “de kerk prijst
God namens een wereld die God niet kent.” Aan de andere kant zal de gemeente God bij de
mensen bekend maken “als
vertegenwoordiger van God bij de mensen heeft de christelijke gemeente een
dienende, vriendelijke, geduldige, getuigende, zegenende levensstijl, net als
Jezus Christus die haar voorging als priester.’ (Paas, 2015: 195).
Wat een belangrijke taak, een rijke levensvulling en een hoge roeping geeft God ons!