dinsdag 16 mei 2017

Contextualisatie - aansluiten bij leefwerelden...


Met leerlingen van HAVO 2 hebben we samen twee verhalen vergeleken: de toespraak van Petrus aan joden in de tempel en de toespraak van Paulus in Athene aan polytheïsten en filosofen. Een boeiende exercitie. Al vlug ontdekten we dat het gaat om ‘aansluiten’, ofwel contextualisatie. In een schema gaat dat er als volgt uitzien.
Bron
Handelingen 3
Handelingen 17
Spreker
Petrus, apostel voor de joden
Paulus, apostel voor heidenen
Plaats
Jeruzalem (centrum joodse religie)
Athene (centrum Griekse filosofie)
Toehoorders
Joden
Heidenen
Aanleiding
Petrus en Johannes hebben een kreupele man genezen
Paulus spreekt bij de synagoge en de markt over de opstanding
Boodschap
Jezus is opgestaan! Geloof in Hem geeft leven, overvloed en geluk.
Jezus is de Rechter van hemel en aarde. Hij beoordeelt uw leven en wilt dat u zich bekeert van uw slechte leven.
Wat zegt Hij over God?
God heeft Zijn zoon gestuurd
God heeft al door de profeten gesproken. God heeft Jezus opgewekt uit de dood. God spreekt nu nog tot hen en roept op tot bekering
God is de schepper van hemel en aarde. Hij heeft geen tempel en offers nodig van óns. Hij geeft ons alles wat wíj nodig hebben. God heeft Jezus aangesteld als rechter.
Bewijsmateriaal
Genezing van de kreupele
Boeken van de profeten
Sterven en opstanding van Jezus!
Gezaghebbende bronnen
Mozes en de profeten
Griekse Filosoof Aretus: “Wij zijn goddelijk gemaakt”

Moeite met…
Joden hebben moeite om te erkennen dat Jezus de Messias is. Denken dat “de tempel is onze redding” (bijgeloof) of “Wij zijn de enigen die bij God horen” (hoogmoed)
Heidenen hebben moeite met het geloof in de opstanding. Vele Grieken denken “You only live once” (Epicurus) of “Blijf dicht bij jezelf” (Stoa).
Reactie
Velen geloven
Apostelen worden gevangen 
Sommigen geloven
Anderen spotten

Uit deze verhalen blijkt dat de apostelen aansluiten bij de achtergrond van de toehoorders. Zo gebruikt Petrus allemaal voorbeelden uit de profetenboeken, die de Joden voor waar erkennen. En Paulus gebruikt juist voorbeelden uit de Griekse taal en cultuur die deze heidenen begrijpen. Beiden komen in hun toespraak terecht bij de kern: Jezus is de Opgestane, die levensreddende kracht heeft om zowel Joden als heidenen tot de orde te roepen.
We begrijpen nu nog beter hoe Paulus aan de gemeente van Korinthe schrijft: Immers, de ​Joden​ vragen om een teken en de Grieken zoeken wijsheid; 23wij echter prediken ​Christus, de Gekruisigde, voor de ​Joden​ een struikelblok en voor de Grieken een dwaasheid. 24Maar voor hen die geroepen zijn, zowel ​Joden​ als Grieken,prediken wij Christus, de kracht van God en de wijsheid van God.” (1 Kor 1:22-24).

Doorgeven betekent aansluiten. Aansluiten bij de belevingswereld van de mensen. Dit is geen garantie dat het ook geloofd wordt. Aansluiten mag gebeuren in het besef dat God door zijn Geest werkt. En dat het Evangelie met Gods kracht en met Gods wijsheid wordt verkondigd. Hij staat garant voor de oogst die volgt! 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten